Een interview met Victor Mennen over het snelwandelen

Geplaatst op 14/11/2016
Veel mensen hebben geen idee dat snelwandelen een olympische sport is. Dat terwijl het al meer dan een eeuw lang wordt uitgevoerd op olympisch niveau. En het is niet voor niets een olympische sport want het is behoorlijk zwaar. Veel mannen lopen maar liefst vijftig kilometer op dit onderdeel – dat is langer dan een marathon. Je moet nogal wat uithoudingsvermogen, zelfvertrouwen en joie de vivre hebben om zo heupzwaaiend over de finish te hobbelen. Ik – en ik ben vast niet de enige – wist niet bijster veel van deze sport, dus ik dook in de bijzondere wereld van het snelwandelen.
 
Aan het einde van de 18e eeuw was pedestrianism een enorm populaire sport in Amerika (wat in het Nederlands iets als ‘voetgangeren’ zou heten). In die tijd was het enorm populair om te gokken op de sport. Bij bepaalde prestaties, zoals 1000 uren lang elk uur één mijl lopen, werden grote geldprijzen uitgereikt. Toen er restricties op dit gebied kwamen, nam de interesse af en hadden de Amerikanen opeens betere dingen te doen dan kijken naar lopende landgenoten.
Pedestrianism was de voorganger van snelwandelen. Eén van de eerste olympische winnaars van een snelwandelonderdeel was de Italiaan Ugo Frigerio. Op zijn eerste Zomerspelen deelde hij voor aanvang een aantal pagina’s met bladmuziek uit aan de dirigent van het orkest, dat speelde rond het parcours. Als de dirigent niet het juiste tempo aanhield, nam Frigerio uitgebreid de tijd om hem luid te schofferen. Het is onnodig om te vermelden dat de Italiaan glorieus won.
Mocht je nu al enthousiast zijn en het zelf willen proberen: er zijn een paar dingen waar je op moet letten. Belangrijk is dat één van je voeten altijd contact moet hebben met de grond. Zodra beide voeten in de lucht zijn, krijg je een rode kaart. Bij drie rode kaarten is het feest voorbij en ben je gediskwalificeerd. Ook kan je een rode kaart ontvangen als je de knie van je standbeen al buigt voordat het been recht onder je lichaam is. 

“Ah oké, maar zo streng zullen ze daarin niet zijn, toch?” Verkeerd gedacht, fictieve vragensteller. De scheidsrechters houden de deelnemers constant in de gaten en schromen niet om harde en onpopulaire beslissingen te nemen. Zo werd de Australische Jane Saville in haar thuisland op zo’n honderd meter afstand van de finish gediskwalificeerd terwijl ze een gouden medaille binnen handbereik had, terwijl haar familie en vrienden in het stadion al stonden te juichen. Bernardo Segura werd tijdens diezelfde Olympische Spelen nog strenger aangepakt. De Mexicaan kwam als eerste binnen na een slopende race. Terwijl hij al een ereronde had gelopen en de president van Mexico aan de lijn had die hem feliciteerde, kreeg ongeveer een kwartier na zijn finish te horen dat hij was gediskwalificeerd. 
Als je gaat analyseren, zie je dat snelwandelaars eruit zien als een soort salsadansers met een paar biertjes op. Dat heeft alles met techniek te maken. Uit een geweldige handleiding over de techniek van het snelwandelen heb ik deze tip: “De heup dient noch naar links noch naar rechts uit te wijken, zij dient zowel links als rechts een onderdoor draaiende beweging te maken in een horizontale en verticale richting”. Salsa dus.
Voor iedereen die snelwandelen ondanks alles nog steeds een wat sullige bezigheid vindt: de sport heeft ook een duistere kant. In 2008 werden vijf Russische snelwandelaars (waaronder Sergei Morozov, die een wereldrecord in handen had) geschorst wegens dopinggebruik. Vier jaar later werden meer dan twintig Russische snelwandelaars (waaronder wederom Morozov) gepakt op EPO. Alex Schwazer, die in 2008 nog goud won op de Olympische Spelen, werd later geschorst wegens dopinggebruik. En ook de winnaar op de 50 kilometer van 2012 werd later geschorst wegens gebruik van verboden middelen.
Mijn interesse was inmiddels gewekt over deze sport, dus ik belde Victor Mennen, die in 2007 en 2008 Nederlands kampioen snelwandelen werd. Deze aimabele Limburger verpulverde in zijn goede tijd elke gezonde Hollandse jongen op snelwandeltempo. Inmiddels geeft hij vooral coaching en helpt hij mensen gezonder te leven.
 

VICE Sports: Victor, wat is eigenlijk het moeilijkste aan snelwandelen ?

 
Victor Mennen: Het moeilijkste is om je over te geven aan de techniek. Veel mensen proberen om met een eigen techniek zo snel mogelijk te lopen. Dat kan wel, maar je kan beter eerst een stapje terugdoen door jezelf die lastige bewegingen aan te leren. Snelwandelen is een technisch onderdeel van atletiek, en juist dat maakt het moeilijk. Maar het is wel goed voor je lichaam en uithoudingsvermogen.
 

Merk je dat ook aan je lichaam?

 
Ja zeker, ik zal je een voorbeeld geven: ik ben een tijdje geleden geopereerd aan m’n knie. Ik liep tegen de vijftig destijds en had al vijfendertig keer de Kennedy Mars gelopen. Die chirurg maakte foto’s van m’n knie. Je mag raden hoe oud hij mij schatte op basis van de slijtage.

 

Dertig, veertig jaar ?


Hij schatte mij twintig! Er zat nog totaal geen slijtage op m’n knie, terwijl ik er toch al jarenlang mee loop. Ik heb meegedaan aan NK’s, ben in 1998 bijvoorbeeld binnen een week van Parijs naar Amsterdam gelopen, enzovoorts. Je moet zorgen dat je niet alleen op de tijden let, maar ook op de techniek, dan is het goed voor je.
 

Aha, dus het is ook nog eens hartstikke gezond !


Absoluut. Voor mij is snelwandelen hetzelfde als dansen. De eerste les ziet dat er ook niet uit maar naarmate je oefent wordt dat steeds beter. Soms heb ik meer dan 150 kilometer gesnelwandeld, maar voor mij voelt dat gewoon als dansen.

 

Hoe komt het dat er zo weinig jongeren aan snelwandelen doen ?

 
Dat komt toch door het imago. Je kunt pas iemand enthousiasmeren als je de goede mensen ervoor hebt, als je de mensen kan trainen. Want ze doen het niet uit zichzelf. Kijk, ik wil jou best een keer een clinic geven. Dan zal je daarna denken: hé, dat beeld dat ik heb, misschien moet ik dat bijstellen. Of niet.
 

Heeft het er ook mee te maken dat het in Nederland onmogelijk is om hier een fulltime baan van te maken ?


Ja absoluut. In landen zoals Mexico, Spanje en Italië zijn snelwandelaars helden. Daar komen veertig- of vijftigduizend mensen naar wedstrijden kijken. Het ligt er ook een beetje aan hoe we hier met onze sporters omgaan. Het zou mooi zijn als men niet zo gauw een mening zou hebben over iets waar ze niets vanaf weten.
Want het is een hartstikke mooie sport. Het is eigenlijk gewoon een kleine familie. Van Noord-Holland tot Limburg, iedereen kent elkaar.
De Olympisch kampioenen van 2008 en 2012 bij het snelwandelen zijn later geschorst wegens dopinggebruik. Komt dit veel voor?
Ik denk dat doping alleen van toepassing is als er geld te verdienen valt. Ik bedoel, waarom zou ik doping gebruiken? Wat levert me dat voor de rest op? Dat zijn vragen die je jezelf moet stellen. Ik denk dat als het geld weg zou zijn, en het puur nog om de eer zou gaan, dat de doping ook zou verdwijnen. Maar in Nederland komt dat dopinggebruik sowieso niet voor.
 

Dus dat is het motief ?

 
Nou, kijk naar het wielrennen. Je hebt daar rondes zoals de Tour en de Giro die weken duren. Dat is zo’n slijtageslag en je lichaam moet daarvan herstellen. Maar dat kan niet op een gewone boterham, dat is onmogelijk. Maar niemand spreekt erover. Iedereen, ook de journalisten, weet wat er aan de hand is. Het heeft dus ook met de sport zelf te maken.

 

Tot slot: waarom moet iedereen deze zomer naar snelwandelen gaan kijken ?

 
Nou, daarvoor heb je net met de verkeerde te maken, haha. Weet je waarom ik er niet naar kijk? Snelwandelen is een technische sport, waarbij de jury een belangrijke rol speelt. Maar ze kunnen alleen hun ogen gebruiken om te beoordelen of iemand ‘zweeft’. Je weet gewoon: ze rennen allemaal, ze hebben allemaal hun voeten boven de grond. Op de slow-motion camera’s zie je dat wel, maar die beoordelen het niet. Het snelwandelen wordt in diskrediet gebracht doordat er te weinig hulpmiddelen zijn, vind ik. Anders zou ik het zeker altijd kijken en zou de sport ook meer waardering krijgen.
 
Opslaan